STARTNUMMERBAND
Bij het aanmelden krijg je een startnummer. Als je een startnummerband hebt, bevestig je het startnummer aan die band. Als je met een wetsuit gaat zwemmen, doe dan de band onder je wetsuit, dat scheelt weer tijd!

PARC FERME / WISSELZONE

• Het parc fermé, ook wel wisselzone genoemd, is een afgesloten deel dat alleen voor deelnemers toegankelijk is door middel van het tonen van je startnummer. De sticker met je startnummer is om aan de fiets te bevestigen, zodat de medewerkers van de organisatie weten dat dit ook echt jouw fiets is.
• Bij toegang van de wisselzone controleren medewerkers van de organisatie of je fietshelm goed past en sluit (dus doe die alvast op) en of je fiets veilig is (je remmen en ligstuur worden gecontroleerd).
• In de meeste gevallen hangen er metalen buizen in de wisselzone waaraan je je fiets kunt ophangen. Hang je fiets op met het zadel over de buis of met de remhandels over de buis.
• Afhankelijk van de wedstrijd is de plek waar je je fiets kwijt kunt in de wisselzone vrij of staat vast.
• Als de plek vast staat aan de hand van je startnummer, zoek dan jouw plek op aan de hand van de corresponderende nummer op de buizen.
• Soms is de plek afhankelijk van de afstand waaraan je meedoet. De medewerkers van de organisatie kunnen je in dit geval helpen met het aanwijzen van de juiste plek.
• Vergeet in ieder geval niet om te onthouden waar je je fiets hebt neergezet, zodat je na het zwemmen gemakkelijk je fiets weet terug te vinden!
• Zorg dat je fiets al in de juiste versnelling staat (niet te zwaar), zodat je snel / gemakkelijk weg kan fietsen.
• Leg naast je fiets een handdoek neer, waar je op kunt gaan staan om na het zwemmen je voeten te drogen en om eventueel meegenomen zand en gras te verwijderen.
• Leg ook je fiets- en loopschoenen klaar, eventueel met sokken ((zie kopje Sokken: ja of nee). Leg je schoenen in of onder een plastic zak als het regent, dan blijven ze droog tot het moment dat je ze aandoet.
• Leg je helm op een plek neer, zodat je hem snel kan opzetten (bijvoorbeeld op je ligstuur).
• Leg je fiets- en/of loopkleding klaar.
• Leg je fietsbril klaar (bijv. in je helm).
• Leg eventueel je startnummerband klaar (bijv. in je helm), wanneer je geen wetsuit hebt waaronder je de startband kwijt kunt.
• Zorg dat de bidon(s) gevuld in de houder van je fiets zit(ten).
• Zet je fietsenteller op nul.

PARCOURSVERKENNING
Bekijk het zwemparcours. Zowel voor het zwemmen in het buitenwater als in een zwembad: kijk waar de start is, waar je uit het water komt en hoe je na het zwemmen naar de wisselzone moet lopen. Kijk waar je met je fiets de wisselzone verlaat en weer terugkomt na het fietsen. Doe hetzelfde voor het loopparcours (de uitgang van het fietsparcours hoeft niet de uitgang van het loopparcours te zijn!)

STAYEREN
Triatlon is een individuele sport, dit betekent dat stayeren tijdens het fietsen verboden is. Stayeren is het zodanig vlak achter een voorganger fietsen dat men voordeel heeft omdat de voorganger de wind ‘afvangt’. Stayeren vond zijn oorsprong in de beginjaren ‘80 waar het opgenomen werd in de reglementen om het individuele karakter van de triatlonsport te bewaren. Over het algemeen is stayeren niet toegestaan in triatlon (alleen bij een select aantal wedstrijden voor prof-atleten is stayeren toegestaan). In wedstrijden moet men minimaal tien meter afstand houden ten opzichte van de voorganger. Stayeren achter organisatie- of jury-voertuigen is ook verboden, hierbij dient men tenminste 35 meter afstand te houden.

SOKKEN: JA OF NEE
In verband met tijdwinst kan het rendabel zijn om geen sokken te gebruiken in de wedstrijd. Oefen dit vooraf in een training, omdat je anders last kan krijgen van blaren en/of vervelende schuurplekken. Eventueel kun je vaseline/uierzalf gebruiken om je schoenen aan de binnenkant iets mee in te smeren. Denk er wel aan dat sokken het zweet op nemen en dat dit zweet zonder sokken in de schoenen gaat zitten, waardoor de schoenen erg kunnen gaan stinken.

WETSUIT: JA OF NEE
Voor alle triathlons in Nederland geldt dat er bij de watertemperaturen van 16 ° C of lager limieten zijn met betrekking tot de afstand en de tijdsduur in het water. Hierbij gelden de volgende limiet-afstanden en -tijden. Tevens zijn er afhankelijk van de watertemperatuur regels gesteld met betrekking tot het gebruik van een wetsuit.

Zwemafstand tot 1500 meter
Wetsuit verboden boven 22,0 graden
Wetsuit verplicht onder 14,0 graden
Maximum verblijftijd in het water is 1 uur en 10 minuten

Zwemafstand van 1501 t/m 3000 meter
Wetsuit verboden boven 23,0 graden
Wetsuit verplicht onder 15,0 graden
Maximum verblijftijd in het water is 1 uur en 40 minuten

Zwemafstand van 3001 t/m 4000 meter
Wetsuit verboden boven 24,0 graden
Wetsuit verplicht onder 16,0 graden
Maximum verblijftijd in het water is 2 uur en 15 minuten

DE START
De start van een triathlon kan op verschillende manieren gebeuren.
Bij het zwemmen in open water kan het zo zijn dat je start vanaf (bijvoorbeeld) een strandje en bij het startsignaal het water in moet rennen. Het is ook mogelijk dat je start in het water en de startlijn aangegeven wordt door een lint dat boven het water is gespannen.

Bij het zwemmen in een zwembad is het gebruikelijk dat je met ongeveer 5 tot 7 mensen per baan zwemt. Soms start je allemaal tegelijkertijd met zwemmen en soms wordt er gestart met een interval van 5 seconden tussen de zwemmers.
Zorg dat je van te voren weet hoe dit zit bij de betreffende wedstrijd!

Wil je graag de tijdsduur van de wedstrijd zelf registreren? Raak niet in de stress om ervoor te zorgen dat je precies op het moment van de start de stopwatch aanzet. Vaak wordt er van te voren afgeteld. Start je stopwatch alvast en trek dan na afloop die extra seconden van de door jezelf geregistreerde tijd af.

TIJDENS DE WEDSTRIJD

• Verdeel je krachten! Verdeel je energie over de drie onderdelen: zwemmen, fietsen en hardlopen.
• Loop na het zwemmen naar je fiets. Als je een wetsuit draagt, doe die dan zo snel mogelijk uit (in ieder geval het bovengedeelte). Wanneer je dat bij je fiets doet, is veel water al uit je wetsuit gelopen en is deze gedeeltelijk vacuüm gezogen. Het wordt dan een stuk lastiger om je wetsuit uit te krijgen.
• Het is verplicht om je helm op (en vast) te hebben voordat je met je fiets naar de uitgang van de wisselzone loopt. Dit geldt ook bij terugkomt na het fietsen: houd je helm op totdat je je fiets hebt weggezet.
• Bij het fietsen draag je je startnummer op de rug, bij het lopen op de buik. Bij het gebruik van een startnummerband kan je gemakkelijk het startnummer van de voorkant naar de achterkant draaien.
• Fiets op souplesse (dus niet het zwaarste verzet), anders heb je misschien last van verzuurde benen tijdens het lopen (zie hieronder).
• Zorg dat het nummer goed zichtbaar is, in verband met tijdregistratie tijdens de wedstrijd.
• De wissels (van zwemmen naar fietsen en van fietsen naar lopen) kunnen best lastig / zwaar zijn vanwege de omschakeling / ritmeverandering waar je lichaam aan moet wennen. Denk bijvoorbeeld aan je ademhaling of het gevoel in je benen. Vooral de overgang van het fietsen naar het lopen kan zwaar aanvoelen voor je benen, maar wellicht geruststellend: je bent zeker niet de enige die daar last van heeft en na enige tijd (ongeveer 2 a 3 km) kom je vanzelf weer in je ritme.